Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed

Jachtrecht op gronden van Prolander (provincie)

Inleiding

De provincie heeft diverse meldingen en klachten ontvangen van de WBE’s, landbouwers, boermarken en individuele jachthouders over de beperkingen als gevolg van de huidige werkwijze inzake de verhuur van het jachtrecht op provinciale gronden. Concreet waren deze meldingen/klachten dat (grote delen van) jachtvelden, die reeds meerjarig en soms decennia worden verhuurd door grondeigenaren en/of gebruikers, niet meer inzetbaar zijn als jachtveld doordat de provincie/Prolander geen contract meer afsluit voor haar eigen gronden.

Achtergrond

Jachtrecht op gronden van Prolander (provincie)Het uitgangspunt voor het bezit van de provincie Drenthe is dat deze zo vrij mogelijk van beperkingen is zodat deze inzetbaar zijn in het gebiedsproces. Het voorstel dat in deze memo wordt gedaan is dat op dit specifieke punt afgeweken wordt van dit uitgangspunt. De reden hiervoor is dat de provincie geen beperking wil zijn voor het bredere omliggende gebied en omliggende eigenaren die hier een eigen afweging in maken. Daarnaast zijn de provinciale percelen veelal geen grote oppervlakten welke zelfstandig als jachtveld kunnen kwalificeren (>40ha aaneengesloten), daarmee maken percelen in eigendom altijd onderdeel uit van een reeds bestaand jachtveld (of niet, waar omliggende eigenaren ervoor hebben gekozen het jachtrecht niet te verpachten).

De jachthouder kan met deze voorgestelde lijn uitvoering geven aan de jacht (op de wildsoorten), maar ook beheer en schadebestrijding conform provinciale doelen (zoals reewildbeheer) of ter voorkoming van landbouwschade (bestrijding kraaien of roeken met ontheffing). Doorgaans worden percelen voor de jacht een enkele keer per jaar betreden, voor beheer- en schadebestrijding is de frequentie sterk wisselend per locatie en behoefte van de grondgebruiker ter voorkoming van schade of vanuit verplichtingen uit de provinciale (perceel gebonden) ontheffing.

Op dit moment koopt Prolander ook (ruil)gronden waarop het jachtrecht is verpacht. Daar waar deze contracten inzichtelijk zijn worden deze overgenomen (koop breekt geen huur) en uitgediend. Dit levert bij ruilingen, of doorlevering aan een derde, tot nu toe geen vragen op. Van de circa 1600 ha ruilgrond is van 550ha inzichtelijk dat de jachthuur nog loopt. Waarbij vanaf 2021 door prolander geen verlengingen zijn uitgeschreven, met een cyclus van 6 jaar is circa 2/3evan de huuroverkomsten tussentijds verlopen.

Argumenten

Vanwege de administratieve werkdruk is er ambtelijk voor gekozen om deze jachthuurcontracten niet af te sluiten voor individuele aanvragers. Gezien het beoordelen van individuele aanvragen veel tijd vergt is dit ook onwenselijk. Nu blijkt dat door het ontbreken van gedeelten van velden het overblijvende gebied te smal, of onderbroken, wordt door provinciaal eigendom. Hierdoor voldoen grote delen niet meer aan de minimale vereisten van een jachtveld, zoals omschreven in de Omgevingswet. Dit heeft tot gevolg dat het jachtrecht door WBE’s niet op deze gronden kan worden uitgevoerd.

In de Omgevingsvisie en het UPFF is vastgelegd dat de provincie, met uitzondering van de Natura 2000-gebieden, in principe wél de jacht verhuurd op haar gronden en toestemming geeft voor beheer en schadebestrijding. De Omgevingsvisie is in 2022 door PS en het UPFF door GS vastgesteld. De alinea waarin de jacht wordt beschreven in het UPFF is toegevoegd aan de bijlage van deze memo.

Eén van de redenen om de verhuur in stand te houden zijn de provinciale doelstellingen voor het beperken van de faunaschade, het voorkomen van aanrijdingen met reeën, het verminderen van predatie op weidevogels en het bestrijden van invasieve exoten. Indien (delen van) jachtvelden niet bejaagbaar zijn kan niet vlakdekkend en adequaat uitvoering gegeven worden aan de door GS goedgekeurde faunabeheerplannen en daaraan gekoppelde omgevingsvergunningen die de provincie zelf verleent.

Voorstel

Het voorstel is daarom om Prolander de opdracht te geven tot het opstellen van een huurovereenkomst met alle (21) afzonderlijke WBE’s in Drenthe. Deze rechtspersonen zijn vertegenwoordigers van jagers in de regio en hun werkgebied is vlakdekkend voor geheel Drenthe en wordt door de overheid als zodanig erkend.

Hierbij gelden onderstaande uitgangspunten:

  • De jacht dient altijd voor 6 jaar (of een veelvoud daarvan) verstrekt te worden. Beheer en schadebestrijding kan jaarlijks door de grondgebruiker verstrekt worden.
  • Bij verkoop van gronden dient de verhuur aan de WBE, zoals gebruikelijk bij verkoop, aan de koper kenbaar gemaakt te worden.

Beheer en schadebestrijding ligt doorgaans bij de grondgebruiker, maar gezien de provincie jaarlijks de gronden gunt aan wisselende gebruikers brengt dit een grote administratieve last met zich mee. Daarom is het voorstel dat Prolander in haar pachtovereenkomsten zich het recht voorbehoudt om de jachtcontracten en beheer en schadebestrijding te verlenen aan de WBE en de pachter daarmee instemt. Voor beheer en schadebestrijding is het voorstel aanvullend de grondgebruiker ook de mogelijk te blijven geven een individuele overeenkomst af te sluiten met een jachtaktehouder. Dit is een jaarlijkse overeenkomst waarbij Prolander geen partij is. Andersom, indien de provincie gronden koopt, is ook bekend of deze grond voor de jacht is verhuurd. Dit leidt in de regel niet tot problemen of onduidelijkheden. Prolander heeft bevestigd hoe zij invulling kan gaan geven aan deze veranderende administratieve verplichting en ziet dit voorstel als overzichtelijker dan de huidige werkwijze. Concreet betekent dit het volgende:

  • Gezien het feit dat het aanbod aan gronden van de provincie wisselt, zal als bijlage bij deze huurovereenkomst een tabel met percelen worden toegevoegd.
  • Deze tabel wordt jaarlijks geactualiseerd met de verworven en verkochte percelen binnen het werkgebied van de betreffende WBE. Dit voorkomt een administratieve werkdruk. Wel dient Prolander een administratie bij te houden in welk jaar een perceel is verhuurd en tot wanneer dit gebruiksrecht loopt. Dit heeft geen consequentie voor de waardering van percelen (wordt door een taxateur niet op beoordeeld).
  • De WBE wordt verantwoordelijk voor het doorschrijven van het jachtrecht aan de betreffende jachthouder. Diverse grootgrondbezitters en TBO’s hanteren eenzelfde systematiek.

Uitzondering voor Natura 2000

De percelen binnen Natura 2000 hebben een andere benadering. In het UPFF (zie bovenstaand citaat) staat dat de provincie de jacht op de jachtsoorten hierop niet verhuurt, maar wel toestemming geeft voor beheer- en schadebestrijding. In principe is in het natuurbeheerplan van het betreffende N2000 gebied beschreven welke impact jacht-, beheer en schadebestrijding heeft op de gestelde doelen in het gebied (net als recreatie, verkeer etc). Om niet onnodig jachtvelden te onderbreken of te doorsnijden is het voorstel hier een administratief contract, zijnde een ‘jacht op afroep’ contract uit te geven, waarbij in beginsel niet gejaagd mag worden tenzij de provincie hier nadrukkelijk toestemming voor geeft. Op deze wijze kunnen de percelen wel toegevoegd worden aan een jachtveld en kan ook uitvoering gegeven worden aan beheer- en schadebestrijding.

Als bestuur van de Drentse Boermarken zijn wij hierover door de provincie bijgepraat en hebben we bovenstaande brief ontvangen. Wij zijn blij met deze veranderingen en ten goede komen aan goed beheer van wild en Exoten in Drenthe. We hopen dat het hierboven duidelijk beschreven is en alle boermarken met het verhuren van hun jachtgronden hiermee uit de voeten kunnen.
Mochten er nog vragen zijn kunt u die altijd stellen via Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Johan Moes Voorzitter.